Karin en Renske vervulden een cruciale rol aan het begin van de corona crisis
Delen

Karin en Renske vervulden een cruciale rol aan het begin van de corona crisis

Karin van Montfoort en Renske Verhoeven waren een van de eersten die zich opwierpen als matchmaker tussen zorgorganisaties in nood en oud-verpleegkundigen. Hun missie: extra handen aan het bed leveren. ‘Mensen zeggen letterlijk: Hijs me in het pak, dit moét gebeuren.’

Ontroerd zijn ze, en overdonderd ook, door alle (oud-)verpleegkundigen en andere zorgmedewerkers die een helpende hand willen toesteken in tijden van corona. Karin van Montfoort en Renske Verhoeven zijn oud-studiegenoten, vriendinnen en allebei docent verpleegkunde aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Bovenal hebben ze dezelfde ‘bloedgroep’: ze willen helpen, een verschil maken. Daarom richtten ze half maart de LinkedIngroep ‘COVID-19, extra handen’ op. Karin: “Met de schrijnende situatie in Italië in mijn achterhoofd besloot ik op een donderdagavond nietsvermoedend een berichtje op LinkedIn te plaatsen: ‘Als het coronavirus zich verder uitbreidt, is het dan een idee dat verpleegkundigen die de laatste jaren de zorg verlaten hebben allemaal een bijdrage leveren om oud-collega’s te helpen?’ Mijn computer ontplofte!” Niet alleen oud-zorgmedewerkers die nu in een andere sector zijn beland meldden zich aan, maar ook gepensioneerde verpleegkundigen en medisch studenten. “Er zijn ook mensen die het naast hun reguliere baan doen. Zoals twee collega’s bij ons op de Hogeschool, die vier dagen als docent voor de klas staan en daarnaast twee dagen naar dat bed gaan om te helpen. Ik heb oud-verpleegkundigen gesproken die letterlijk zeggen: ‘Hijs me in het pak en ik ga ervoor, dit moét gebeuren’.” De gemene deler van deze reddende engelen: ze voelen de noodzaak om te helpen. Karin: “Dat is iets wat bij ons in het DNA zit. Dat beperkt zich niet alleen tot de werkvloer, het zijn ook de mensen die, als er op straat iemand struikelt bij een zebrapad, zeggen: ‘Gaat het wel?’ Ik denk dat onze kracht zit in de solidariteit van de beroepsgroep. Wij hebben de laatste jaren zo hard moeten knokken om erkenning en extra middelen te krijgen, dat we nu zeggen: we gaan dit samen doen. We zijn begonnen met het werven van oud-verpleegkundigen. Al snel zijn we gaan samenwerken met initiatieven die zich ook richtten op andere beroepsgroepen. Zo zijn we verbreed naar álle zorgprofessionals. Van artsen tot fysiotherapeuten en werknemers in de geestelijke-, of gehandicaptenzorg; iedereen die iets in de zorg kan bijdragen.”

‘Het risico neem je voor lief’

Hen wacht geen gemakkelijke taak. Op de IC en speciale corona-afdelingen wagen zij zich in het hol van de leeuw, en zetten zij zichzelf op de achtergrond in schrijnende omstandigheden. Renske: “Je moet je voorstellen dat je in een steriele, afgesloten ruimte terechtkomt waar je niet écht met de patiënt kan communiceren doordat je een gezichtsmaker op hebt. Het kan ontzettend emotioneel zijn, maar je moet er wel zíjn, het werk leveren.” Karin: “Als verpleegkundige wil je graag de hand van de patiënt vasthouden. Ik hoor berichten van mensen die zeggen: ‘Iemand gaat overlijden en is bang, en ik wil er zijn’, maar dat kan niet, want je staat in z’n groot beschermingspak – wat overigens ook nog eens heel zwaar is – om besmetting met het virus tegen te gaan. Je kunt dus eigenlijk niet doen wat je als verpleegkundige wilt: dicht bij de patiënt zijn en verbinding leggen met de familie. Dat is ontzettend pijnlijk. Aan de andere kant worden we benaderd door ziekenhuisbestuurders die hard hulp nodig hebben omdat ze een tekort aan personeel hebben. Het is verschrikkelijk voor een arts of verpleegkundige als je een patiënt niet kan redden. Normaal gesproken kun je daar nog met een bakje koffie over napraten met je team, maar die tijd is er niet, omdat er zoveel andere patiënten zijn. Dat heeft grote impact.Het zorgpersoneel op een corona-afdeling, loopt ook het risico om zelf besmet te raken. Dat neem je voor lief, omdat je die zorg wil leveren. Het is op alle fronten zwaar. Je ziet ook dat zorgverleners uitvallen. Ze worden ziek of raken zelf uitgeput, want hoe hou je jezelf staande in deze chaotische tijd?”

‘Stiekem toch een roeping?’

Waarom de helden uit de zorgsector die dag en nacht doorwerken, zich desondanks toch aan die frontlinie wagen? Karin en Renske, eensgezind: “Die vraag kun je niet rationeel beantwoorden. Hulp verlenen zit in ons bloed. En dat bloed gaat kruipen. Dat is hetzelfde als mensen die vragen: ‘Als verpleegkundige moet je toch ook mensen naar de wc helpen en hun billen afvegen, dat doe je toch niet?’ Dat doe je wél. Dat ethos zit erin. Het mooie aan ons vak? Dat het de grootst mogelijke voldoening geeft die er is. De mooiste momenten uit ons leven zijn de momenten dat je er kunt zijn voor een patiënt in het heetst van de strijd. Dat iemand zegt: ‘Wat fijn dat je er nu bent’. Dat is onbetaalbaar. Wel is het belangrijk om mensen die nu bijspringen in de zorg goed voor te bereiden en een vinger aan de pols te houden. We gaan nu bekijken hoe ze de steun kunnen krijgen die ze nodig hebben met behulp van experts op het gebied van trauma, crisis en rouw. Als iemand een dienst heeft gedraaid, is het belangrijk dat ze hun verhaal kwijt kunnen. Dat hebben onze verpleegkundigen keihard verdiend.” De term ‘roeping’ geeft ze een dubbel gevoel. “Dat wordt vaak gezegd door de politiek en in de media”, zegt Karin. “Maar wij hebben hiervoor een opleiding gevolgd, bovendien zou het impliceren dat ze ons eigenlijk niet hoeven te betalen. En dat is nou juist ons probleem. Nu klapt iedereen voor ons op woensdagavond, wat hartverwarmend is, maar daar heb je nog steeds je hypotheek niet mee betaald. Liever noem ik het een diepe overtuiging. Van de week zei ik tegen vrienden: ‘Ik moet dit blijven doen, want elke vezel in mijn lijf zegt dat het het goede is’ – misschien is het dan stiekem toch een roeping.”

‘Verzorgen en knuffelen’

Karin en Renske leerden elkaar kennen op de opleiding tot verpleegkundigspecialist. Na een jarenlange loopbaan als verpleegkundige vonden ze elkaar weer terug als docent op de Hogeschool. Karin, terugblikkend: “Ik wilde vroeger altijd al dokter worden. Toen ik wat ouder werd, dacht ik: zo’n arts loopt de hele dag van patiënt naar patiënt – dat was mijn beeld als puber – maar als verpleegkundige kan ik nog een keer knuffelen. Dat paste veel meer bij mij. Ik ben ook een echte doener, een regelneef. Dat is precies wat je doet als verpleegkundige: alles in goede banen leiden rondom de patiënt. Al vrij snel na mijn opleiding ben ik in de GGZ gaan werken; in de verslavingszorg en met daklozen. Mensen die aan de rand van de maatschappij staan en van bijna niemand aandacht of liefde krijgen. Het zorgen voor mensen en dieren heeft altijd in mij gezeten. In vriendschappen wil ik voor iedereen klaarstaan, en elke spin en elke hommel die bij mij in huis zit, wordt zorgvuldig in een glaasje gezet en naar buiten gebracht. Mijn grootste hobby is mijn tuin en mijn liefde voor dieren. Als ik een bos bloemen krijg, breng ik ze naar het verpleeghuis bij mij om de hoek, omdat ik dan denk: er is daar vast een bewoner die de bloemen vandaag beter kan gebruiken dan ik. Als juf wil ik ook altijd zorgen voor de studentjes. Nou ja, studénten – maar ik noem ze mijn kindjes. Het is fantastisch om jongeren tussen de 17 en 21, een levensfase waarin je zoveel meemaakt, te helpen om een beroep te gaan uitoefenen en ze te steunen in moeilijke periodes.”

‘We zijn er nog lang niet’

In korte tijd zijn er in het hele land initiatieven ontstaan van mensen die tijdens de coronacrisis willen helpen in de zorg. Van LinkedIn-groep ‘Covid-19 Extra handen’ van Karin en Renske tot V&VN en vakbond NU’91. Om al die krachten te bundelen, zijn alle initiatieven verenigd op het landelijke platform extrahandenvoordezorg.nl. Een breed samenwerkingsverband van brancheorganisaties, vakbonden, regionale werkgeversorganisaties, beroepsverenigingen, private initiatieven en het ministerie van VWS. Renske: “Als je alle initiatieven bij elkaar optelt, zijn er momenteel 20.000 aanmeldingen. Dat klinkt fantastisch, en dat is het ook, maar we zijn er nog lang niet. De coronacrisis is niet klaar over een week, en ook niet over een maand. Wij gaan er vanuit dat we nog veel meer helpende handen nodig hebben.” Karin: “Verpleegkundigen worden ook ziek, ziekenhuizen blijven volstromen met coronapatiënten en ook de ‘gewone’ zorg moet doorgaan. Daarbij waren er al tekorten in de zorg. Zodra dit allemaal als een huis staat, zullen Renske en ik ook allebei zelf gaan helpen. Maar dan moeten we eerst een dagje vrij nemen om op adem te komen. We zijn non-stop aan het werk sinds dat eerste LinkedIn bericht. Renske heeft ook een gezin met een werkende partner en twee jonge kinderen. Ons hele leven staat op z’n kop. We zijn in een enorme rollercoaster beland. De adrenaline giert door je lijf. Tegelijkertijd doet alles pijn, omdat je kapot bent. Er is geen tijd voor vriendinnen of voor je baan. Je zit in een enorme bubbel. Ik ben van de week voor het eerst in lange tijd voor een half uurtje het bos ingegaan. Liggend op het gras, met de zon op mijn gezicht, moest ik keihard huilen. Je kan er met je hoofd niet bij wat er allemaal in korte tijd is gebeurd. Tegelijkertijd is het een ongelooflijk avontuur. Tijdens onze opleiding zeiden we al tegen elkaar: hoe leuk zou het zijn om ooit samen een project te doen. Renske is zo innovatief en creatief. In de kantine, of rennend door de gangen, wisselden we allerlei ideeën uit, maar het kwam er nooit van. Te druk. Toen ik op die donderdagavond die post op LinkedIn plaatste, reageerde Renske meteen: dat gaan we doen. Nu spreken we elkaar dag en nacht. Het is alsof het zo had moeten zijn, hoewel we dit van tevoren nooit hadden kunnen bedenken. Toen Omroep Gelderland ons wilde interviewen, dachten we: joehoe, daarna volgde het NOS journaal en een landelijke uitrol.” Renske: “Verpleegkundigen voelen zich vaak een soort Calimero’s: wij tegen de rest van de wereld. Nu is dat volledig de andere kant op gedraaid. Daarmee groeit ook het besef: wij hoeven ons niet klein te houden.”

‘Iedereen wil elkaar helpen’

De twee vrouwen vormen samen met José Geertsema en Sanne Verhoeven een gouden team. Karin, die een groot zorghart heeft, maar vaak beren op de weg ziet. En Renske, die vol bravoure op de barricaden gaat staan en het talent heeft mensen te verbinden. Sanne en José zijn geen verpleegkundigen, zij zijn experts op het gebied van (crisis)management en communicatie. Karin: “Mooi is dat we, ondanks deze totaal verschillende achtergronden, allemaal de diepe overtuiging delen dat we alles willen doen wat in onze macht ligt om in deze crisis de zorg te helpen. Vanaf de eerste minuut voelen we een vanzelfsprekende samenwerking waarin onze talenten elkaar perfect aanvullen. En dat is bijzonder, maar ook de reden dat we dit allemaal hebben kunnen bereiken.” Karin: “De kracht van dit initiatief, waarbij iedereen elkaar helpt, zie je niet alleen in de zorgsector gebeuren. Iedereen in het land is kennis aan het delen en aan het bundelen en probeert te doen wat-ie kan vanuit zijn of haar expertise. Wij doen dat vanuit ons vak, maar ook de restauranthouder die maaltijden bezorgt bij ouderen laat zijn hart gelden. Ondanks deze grote crisis en alle ellende: één man, of vrouw, kan het verschil maken. We willen elkaar allemaal helpen in Nederland. Dat is hartverwarmend, want zonder al die helpende handen redden we het niet.”

Delen