Emma: ‘Pappa is altijd lief en grappig – net als mamma.’
Jan: ‘Emma vindt me ook weleens irritant, met name ’s ochtends. ‘Emma, eet je bord leeg’. ‘Emma, poets je tanden’. ‘Emma, doe je schoenen aan’. Dan vindt ze me niet zo lief… Wat ik het leukst vind aan onze band, is dat ik Emma altijd pest. De meest flauwe grappen. Van de drie is zij degene die het snelste op de kast zit, maar zelf kan ze er ook wat van. Elke avond als ik haar vraag of ze een blikje Fanta Light of een flesje water wil pakken, legt ze ’m in mijn nek. Of ik krijg een emmer koud water over me heen terwijl ik rustig in bad lig met mijn ogen dicht. Het zijn altijd dezelfde grappen. Ze is net zo voorspelbaar als ik.’
Emma: ‘Met je schildpad in de ochtend.’
Jan: ‘Emma heeft al tien jaar een schildpad, Paddo. ’s Ochtends is Emma niet wakker te krijgen – we hoeven nog net niet slapend haar kleding aan te trekken. Maar goed, ik maak haar altijd wakker met die schildpad bij haar gezicht. Dan zeg ik met zo’n gek, benepen stemmetje: ‘Hallo, hallo’.’
Emma: ‘Dan roep ik: ‘Ga weg, ga weg’.’