Vijf maanden lang hield André van Duin zijn ziekte stil voor de media. Aan het einde van de zomer kreeg hij de diagnose darmkanker waarna al snel een paar chemokuren volgden. Vorige week werd de presentator geopereerd en werd de tumor verwijderd. De operatie is gelukkig goed verlopen.
“Het begon tegen het einde van de zomer. Op het gevaar af dat dit riooljournalistiek wordt: ik stond op van de wc en je kijkt dan wel eens achterom. Daar zag ik een pluimpje bloed en daardoor ging bij mij een alarmbelletje rinkelen. En vervolgens bij mijn huisarts ook. Het kan een poliep zijn, of iets anders onschuldigs, maar hij stuurde me toch door voor verder onderzoek en daarbij werd in de scan een tumor in de dikke darm gezien,” aldus André.
Hij vervolgt: “En zo kwam ik weer terug in het AVL, waar ik met Martin zoveel voetstappen heb liggen. Ik kende er de weg nog, om het zo maar te zeggen. Nu was ik het zelf, die daar de medische molen in ging. Maar anders dan met hem toen, zag het er wel meteen goed uit. De tumor op zich bleek goed operabel te zijn, maar hij moest eerst wel kleiner worden voordat ze hem durfden weg te halen. Daarom kreeg ik vier chemokuren waar ik wonderwel doorheen gesjeesd ben. Weinig bijwerkingen, weinig ellende. Een beetje tintelende vingers, maar daar bleef het gelukkig bij.”
Ook de opnames voor het populaire programma Heel Holland Bakt gingen gewoon door. Als moest er wel een paar keer wat verschoven worden als André een behandeling moest ondergaan. “De medewerking was optimaal. De paar mensen die het moesten regelen wisten wel waarom er wel eens een dag gewisseld werd – ja, Jannie ook – maar de meesten niet. Die dachten hooguit: weer alles omgooien? En als je de programma’s nu kijkt… als je het niet weet, dan zie je het ook niet, toch?”.